Alles behalve. Bij Bos Chi Kung krijg je nauwelijks theorie, geen uitgebreide verhalen, geen vaag gedoe.
Het draait om ervaringsleren. Om het onderzoeken van ervaringen. Om heel concreet voelbare en tastbare zaken.
Je doet bepaalde bewegingen en houdingen. Daarbij leer je om gebruik te maken van je aandacht, visualisatie, intentie, imaginatie.
Daarbij gaat het niet om zweverige toestanden. Maar om innerlijke voorstellingen die je helpen om concrete, fysieke, tastbare resultaten te ervaren.
Ze zeggen wel eens: “Je gebruikt het onzichtbare (innerlijke beelden, voorstellingen, aandacht) om het tastbare concreter te maken”.
Ik geef je praktische aanwijzingen over een beweging of houding. Dan vertel ik je niet wat je zou moeten ervaren of wat het effect van de beweging volgens de theorie (van de qigong of traditionele Chinese geneeskunde) zou moeten zijn, maar ik vraag je wat je ervaart. Vraag je wat je voelt, wat voor verschillen en veranderingen je bemerkt.
En we ‘checken’ soms of die intentie lichamelijk voelbaar is:
- Sta je echt steviger in je schoenen? Ook als iemand zachtjes tegen je aanduwt?
- Ontwikkel je echt meer veerkracht in je armen en benen, als je daar tegendruk krijgt?
- Kun je echt meer ontspannen, ook al sta je in een stressvolle houding?
- Blijf je echt meer in je centrum, goed gegrond, ook als iemand je (aan)raakt?
Gezamenlijk onderzoeken of en hoe je het kunt belichamen en praktisch waarmaken in de realiteit – daar gaat het uiteindelijk om.